Immaterieel Cultureel Erfgoed

 

De bevestiging

Op maandag 25 augustus werd in Museum Speelklok te Utrecht de akte ondertekend waardoor de plaatsing van de beiaardcultuur in Nederland als Immaterieel Cultureel Erfgoed werd bekrachtigd. Deze handeling werd verricht door mevrouw I. Strouken van het Nederlands Centrum voor Volkscultuur en Immaterieel Erfgoed én de heer Gerard Bal, vicevoorzitter van de Nederlandse Klokkenspel-Vereniging. Daarmee is de plaatsing in de Nationale Inventaris bezegeld. Deze lijst bevat erkende, waardevol geachte Nederlandse tradities en evenementen. Aansluitend werd door het Utrechts Klokkenluiders Gilde vanuit de Domtoren geluid, als een opmaat voor het beiaardconcert, vanaf 20.00 uur gegeven door de huidige stadsbeiaardier van Utrecht, Malgosia Fiebig. Samen met twee andere musici werd o.a. werk van de popgroep ABBA ten gehore gebracht.

 

 

De betekenis

Plaatsing op de Nationale Inventaris betekent dat de overheid zich inzet om ‘de waardering van dit erfgoed te vergroten, het belang ervan te erkennen en het veilig te stellen voor de toekomst'. Nederland deed al langer mee aan de materiële versie van de lijst inzake cultureel erfgoed - met daarop bijvoorbeeld de Amsterdamse grachtengordel - maar had geen beleid voor de immateriële lijst. Sinds oktober 2012 is daarin verandering gekomen. De eerste Nederlandse tradities zijn daarop sindsdien geplaatst o.a. de al vanaf 1250 gehouden Paardenmarkt te Elst, de eeuwenlange Sint Maartensviering te Utrecht en het Midwinterhoorn blazen in Twente. Te verwachten zijn nog bijvoorbeeld de Elfstedentocht en de Sinterklaasviering.

 

 

Ontwikkeling van de beiaardcultuur en de huidige situatie in Nederland

Het spel vanuit de belangrijkste stadstoren op een kleine reeks klokken met behulp van een stokkenklavier begon rond het jaar 1500 in Vlaanderen en breidde zich ook uit naar de noordelijke Nederlanden. In de eeuwen daarna ontwikkelde het zich tot de huidige situatie met instrumenten die veelal 47 klokken (vier octaven) tellen. De oudste met een klavier bespeelbare en nog steeds functionerende beiaard hangt in de Speeltoren te Monnickendam. Het spel werd geplaatst tussen 1595 en 1597 (zie rechts foto 1 en 2).
Nederland telt heden 186 carillons, bespeeld door middel van een stokkenklavier. Ongeveer 60 beiaardiers zijn - samen met de eigenaars (meestal gemeentebesturen of stichtingen) verantwoordelijk voor het dagelijks functioneren. Daarnaast klinken ongeveer 200 kleine, alleen automatisch spelende klokkenreeksen vanuit bijvoorbeeld de bescheiden toren van een Raadhuis.

 

 

De Haagse situatie

In Den Haag moet het muzikaal gebruik van klokken eigenlijk al kort na de bouw van de Haagse Toren - gereed in 1424 - zijn begonnen. De oudst bekende vermelding betreft een uitgavenpost uit 1454-1455 door de Sint Joris Broederschap. Daarin staat dat de beierman vanwege Sint Jorisdag (23 april) in de toren drie keer had gebeierd [een ritmisch klankspel op enkele (grote) klokken]: op de avond ervoor, op de dag zelf en vanwege de kermis. De rekening in 1491-1492 toont twee uitgavenposten: een aan de klokkenluiders met direct daaronder de betaling vanwege het beieren: duidelijk dus twee aparte bezigheden. In 1564 werd door de beierman op twee dagen gebeierd. *)

 

Sinds het spel van deze anonieme beiermannen zijn er velen geweest met dezelfde taak. De huidige ‘beierman' ofwel stadsbeiaardier Gijsbert Kok - is inmiddels de 21ste bij naam bekende klokkenbespeler sinds het midden van de zestiende eeuw.
Naast de lange traditie vanuit de Haagse Toren kent Den Haag nóg twee, veel jongere locaties. De toren van de Scheveningse Oude Kerk aan de Keizerstraat draagt sinds 1975 een spel met 37 klokken. Vanuit de toren van het Vredespaleis klinken sinds 1994 de -inmiddels 48 - klokken van de Vredesbeiaard op dinsdag en donderdag van 13.00 tot 13.45 uur.

 

Informatie

Andere websites: Grote Kerk. Zie ook website Gemeente Den Haag. Eveneens Vredespaleis. Voorts geeft de Facebook-pagina van de Nederlandse Klokkenspel-Vereniging veel recente informatie.

 

Literatuur: André Lehr, Beiaardkunst in de Lage Landen (Tielt 1991); Heleen van der Weel, Klokkenspel. Het carillon en zijn bespelers tot 1800 (mét informatieve CD) (Hilversum 2008); Luc Rombouts, Zingend Brons. 500 jaar beiaardmuziek in de Lage Landen en de Nieuwe Wereld (Leuven 2010).

*) Haags Gemeentearchief, Sint Joris Confrerie, inv.nrs. 7, 13 en 83. Met de mededeling uit 1564 wordt waarschijnlijk het wekelijks spelen tijdens marktdagen, op maandag en vrijdag, bedoeld.

 

 

 

 

 

 

 

 

        foto 1a.jpg

De oudste met een klavier bespeelbare en nog steeds functionerende beiaard hangt in de Speeltoren in Monnickendam. Het spel werd geplaatst tussen 1595 en 1597.

 

        foto 1b.jpg

 

 

        foto 2.jpg

De huidige spits van de Haagse Toren met daarin 47 van de totaal 51 beiaardklokken

 

        foto 3.jpg

 

foto 4.jpg

De Scheveningse kerk én de bijbehorende toren aan de Keizerstraat.

 

        foto 5.jpg

Detail van het stokkenklavier van het Scheveningse carillon.